290
LegaatVan Cootli ter bevordering van het geregeld schoolgaan.
Aan de leerlingen der openbare scholen voor lager onderwijs,
alsmede van de ambachtsschool, zijn uit het legaat van wijlen
den heer dr. L. F. W. van Cooth weder geldpremiën in spaar
bankboekjes uitgereikt uit het op de begrooting toegestane bedrag
van 1495, dat ongetwijfeld van een gunstigen invloed op het
schoolverzuim is geweest.
Subsidiën buiten de rijksbijdrage ten behoeve van het lager onder
wijs zijn niet ontvangen.
De schoolmeubelen, boeken en verdere hulpmiddelen van onder
wijs zijn in goeden staat.
Aan schoolgelden is ontvangen 13469.35, terwijl de rijksbij
drage in de kosten van het lager onderwijs heeft beloopen 9666.66s.
De commissie van toezicht op het lager onderwijs is samengesteld
uit de volgende heeren:
Dr. P. R. VAN MIERLO, voorzitter.
(Herbenoemd 13 Januari 1894.)
Jhr. mr. G. SIX v lid en secretaris.
Ed. II. A. GULJE.
(Herbenoemd 13 Januari 1894.)
W. C. HEDICK.
W. G. H. ROMBOUTS.
H. A. SASSEN.
Mr. P. BLOEMARTS.
B. Bijzondere scholen.
Deze zijn de volgende:
1. Eene school voor jongens en meisjes (van wege het departe
ment Breda der Maatschappij tot Nut van 't Algemeen.)
2. Eene meisjesschool (idem.)
3. Eene school voor jongens, den R.-K. godsdienst belijdende
(instituut S'-.Antoine, S'.-Janstraat.)
