346 In 1893 zijn door regenten zes personen voorgedragen om als broeders in het gesticht te mogen worden opgenomen. Op elke voordracht is door ons gunstig beschikt. (Art. 35 van het regle ment voor het oude-mannenhuis alhier.) Het bestuur wordt benoemd door den gemeenteraad en bestond op 31 December 1893 uit de volgende heeren Dr. A. F. J. INGENHOUSZ, voorzitter. E. H. A. GULJÉ. .Tkhr. mr. G. SIX. Mr. ,T. W. J. VAN M1ERLO, B. C. VAN DONGEN. H SLUIJ TF.RSrentmeester. Herbenoemd werd de heer dr. A. F. J. IngenHousz, bij raads besluit van 13 Mei 1893.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1893 | | pagina 365