VERSLA.G van de Districts-Commissie
van het Fonds tot aanmoediging en
ondersteuning van den gewapenden
dienst in de Nederlanden te Breda,
over 1893.
379
zonden, op te nemen een verslag Uwer commissie over den laatst
afgeloopen dienst.
Die gewoonte te blijven volgen is, met het oog op den aard en
den omvang Uwer werkzaamheden, zekergewenscht, doch daartoe
hebben wij Uwe welwillende medewerking noodig.
De wijze waarop de mededeelingen vroeger geschiedden, zijn
wij bereid IJ te doen kennen, doch gaarne machtigen wij U, des-
verlangd, van den vorm af te wijken en het geheel te omkleeden
met al zulke beschouwingen als U zal dienstig achten.
Mocht het bovenstaande bij U geen bedenking ontmoeten, dan
veroorloven wij ons U beleefd te verzoeken, Uw verslag ons vóór
15 Maart e.k. te willen doen toekomen.»
Burgemeester en Wethouders.
Bedoeld schrijven ontving een goed onthaal bij de commissie,
van welke wij het voorrecht hadden, tijdig het volgend verslag te
ontvangen
Het hoofdbestuur van gemeld fonds is gevestigd te Amsterdam.
De vorige districts-commissie, waarvan de secretaris-thesaurier
de heer A. R. Vermeulen, gemeente-secretaris, alleen was over
gebleven, is, toen genoemde heer, wegens zijne veel omvattende
werkzaamheden als lid der commissie wenschte af te treden, eene
nieuwe commissie in het leven geroepen, welke den 7. Juni 1893
door den burgemeester werd geinstalleerd.
De commissie bestaat thans uit de volgende heeren:
J. H. H. DOMMERS, voorzitter
gep. generaal-majoor,
J. A. VINK,
gep. kolonel van het O.-I. leger.
H. J. KNJJFF,
gep. majoor van het O.-I. leger.
H C. W. KOGENSCHOT, secretaris-penningmeester
gep. kapitein-kwartiermeester van het O.-I. leger.
leden.