Gemaakte legaten ten behoeve van instellingen van
weldadigheid.
384
Bedoelde collecte bracht op de som van. f 388.50
b. Op den 19. en 20. December 1893, ten behoeve van de
Wieringer visschers.
Opbrengstf 325.17.
c. Op den 20. en 21. Juni 1893, ten behoeve van liet Fonds tot
aanmoediging en ondersteuning van den gewapenden dienst in de
Nederlanden te Breda.
Opbrengst143.38.
a. Aan heeren diakenen der Nederlandsche Hervormde ge
meente te Breda, een legaat van 15000, ten behoeve van
het onder hun beheer staande bestedelingshuisvan wijlen
vrouwe H. J. A. M. Oukoop, wed. van C. D. van Naerssen.
b. Aan heeren regenten van Wijnaends van Steins fundatie te
Bredaeen legaat van f 5000, van wijlen vrouwe de wed.
Van Naerssen voornoemd.
c. Aan het burgerlijk armbestuur te Breda, een legaat van
ƒ3000, besproken ten behoeve van de algemeene armen te
Breda, door wijlen vrouwe de wed. Van Naerssen voornoemd.
d. Aan het parochiaal kerkbestuur van Onze Lieve Vrouw
Hemelvaart te Breda, een legaat van 500, besproken door
wijlen den ZeerEerwaarden heer pastoor J. W. Smeur.
e. Aan het bestuur van het departement Breda der Maatschappij
tot Nut van 't Algemeen, een legaat van ƒ5000, besproken
ten behoeve van de inrichting tot verstrekking van warme
spijs aan behoeftige kinderen, door wijlen vrouwe H. J. A.
M. Oukoop, wed. van den heer C. D. van Naerssen.
Aan regenten van het oude vrouwenhuis, gevestigd in de
Nieuwe Dieststraat te Breda, de algeheele erfenis, voorwaar
delijk bij olographische wilsbeschikking gemaakt ten behoeve
van genoemd gesticht door vrouwe C. M. A. Eerstens, wed.
van den heer mr. C. C. A. Beens, overleden 15 April 1893.
Van het aan het bisdom van Breda gemaakte perceel land is
melding gemaakt, hoofdstuk VIII, kerkelijke zaken.