70 Met den nieuwen bouw was het wenschelijk te doen gepaard gaan eene nieuwe regeling met betrekking tot het in gebruik stellen van de bedoelde bergplaats, waartoe wij U in de zitting van 15 Juli 1893 een voorstel aanboden, waarvan de strekking was negen gedeelten te verhurenonder bepaalde voorwaardenen één gedeelte of vak beschikbaar te houden voor den kleinen han delaar tegen het gewoon bewaarloon. Toen werd besloten de stukken bij de leden te laten rond gaan. Nadat de behandeling in de zitting van 12 Augustus 1893 was aangehouden, kreeg de zaak haar beslag in de eerst daarop volgende zitting van 26 Augustus 1893. In de van die zitting gehouden notulen is niet enkel opgenomen het stuk, behelzende de voorwaarden van verhuring, maar ook de uitvoerige memorie van toelichting, welke dat stuk vergezelde en den bijzonderen aard der verhuring doet kennen. (Zie notulen 1893, blz. 394 en volgg.). Bij de behandeling van dit onderwerprepte de heer Heijlaerts met een woord van den beambte, die tot dusver bewaarloon ge noot, waarop de voorzitter te kennen gaf, dat de beambte in functie bleef voor zoover één vak in het gebouw betrof, en dat dewijl de functionaris een verlies onderging in zijne inkomsten daarin zou worden voorzien. Hem werd, op voorstel van burge meester en wethouders, tot compensatie eene verhooging van wedde toegekend van f 75per jaar, welke verhooging aldus bepaald werd bij de behandeling der gemeente-begrootingdienst 1894. Dewijl de nieuwe petroleumbergplaats gevestigd is op het grond gebied der gemeente Prinsenhage (terrein van de gemeente-mestvaalt), moesten in acht genomen worden de bepalingen der wet van den 2. Juni 1875 (Stbl. n°. 95), tot regeling van het toezicht bij het oprichten van inrichtingen, welke gevaar, schade of hinder kunnen veroorzaken. Onder overlegging van alle noodige bescheiden, werd dien tengevolge de vereischte vergunning door ons aan het gemeente bestuur van Prinsenhage aangevraagd, welke vergunning meest bereidvaardig verkregen werd bij beschikking van den 29. April 1893, onder de volgende voorwaarden:

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1893 | | pagina 89