102 zou zijn, de gemeente zelve liet vermogen bezat, om het park, al naarmate door U zou verlangd wordenmet gas te ver lichten of wel daarin electrisch licht aan te brengen. Zonder beraadslaging vereenigde de Raad zich met de ziens wijze van burgemeester en wethouders en besloten werd, aan de adressanten beleefdelijk te doen kennendat de gemeente van de aangeboden gelegenheid tot aansluiting aan het door adressanten bedoelde centraal-station vooralsnog geen gebruik zou maken. 16 Juni 1894. herordening* Ten aanzien van het i. m. genoemde onderwerp kwam in ambachtsschoolzitting van 16 Juni 1894 het volgend voorstel in: De commissie voor de ambachtsschool is door ervaring tot »het besluit gekomen dat het wenschelijk is de artikelen 14 »en 15 der verordening voor de ambachtsschool, vastgesteld »bij raadsbesluit van den 26sten Juni 1886, te wijzigen. üe eerste alinea van art. 14 der verordening luidt als volgt Het schooljaar begint 1 Mei en eindigt 30 April." »De ervaring heeft geleerd, dat met 1 April de leerlingen, die den driejarigen cursus eindigengemakkelijker dan met 1 Mei bij de werkbazen geplaatst wordenvooral voor die welke in dorpen werk zoeken. Ook op andere ambachts- scholen eindigt het schooljaar 31 Maart. Wij geven daarom in overweging de eerste alinea van art. »14 te lezen als volgt: Het schooljaar begint 1 April en eindigt 31 Maart." en in verband daarmede de derde alinea van art. 14 te wij zigen als volgt:

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1894 | | pagina 115