120
»de granen beschermd zijn. Zoo worden bijv. invoerrechten
»op granen geheven in Frankrijk, Duitschland, Zweden en
Noorwegen en Zwitserland; ook in Servië, Turkije en Grieken
land; in Italië, in Oostenrijk-Hongarije en in Spanje en
Portugal, terwijl mede België waarschijnlijk in de zeer
naaste toekomst dit voorbeeld zal volgen. (Het huidige Bel-
»gische ministerie heeft reeds voorstellen in dezen zin gedaan,
»die evenwel wegens bijzondere omstandigheden tijdelijk moesten
worden teruggenomen).
»ln Engeland is, evenals hier, de landbouwer aan zijn lot
overgelatenmaar met het noodlottig gevolgdat de cultuur
»van den bodem er meer en meer wordt verwaarloosd. Volgens
opgaaf van de Kamer van landbouw, is er in 1893 een millioen
acres minder in cultuur gebracht dan het jaar te voren, en
»zoo neemt er de hoeveelheid land in cultuur telken jare af.
»Ten slotte moet onze Kamer als haar oordeel uitspreken,
»dat een matig doch vast invoerrecht naar gewicht op tarwe,
rogge, enz. haar wenschelijker toeschijnt dan het heffen van
schaalrechtendie uitteraard onbestemd en in de praktijk
moeilijk toe te passen zijn.
»B. C. van Dongen, loco-voorzitter.
J. B. M. Merkelbach van Enkhüizen, loco-secretaris.'"
In de zitting van 20 October 1894 kwam het onderwerp
aan de orde.
In 't principieele van het vraagstuk werd weinig of niet
getreden. Meer bewoog zich het debat om de vraag, of het
op den weg lag van den Raad zich in de onderwerpelijke
quaestie te mengenen of al dan niet adhaesie aan het rapport der
Kamer van koophandel en fabrieken zou geschonken worden.
Over laatstgenoemd punt werd ten slotte gestemd; 8 stemmen
verklaarden zich vóór het verleenen van adhaesie, 1 was daar
tegen, terwijl 7 leden zich van medestemmen onthielden.
Derhalve was besloten aan het rapport adhaesie te schenken
(art. 50 lste al. G.w.).