208 Zie verder het hierachter volgende verslag van de gezondheids commissie alhier. III. Begraafplaatsen. De twee aanwezige bijzondere begraafplaatsen hebbenzoover ons bekend isnoch in inrichtingnoch in uitbreiding verande ring ondergaan. Buiten die begraafplaatsen bestaat eene gemeentelijke al ge meen e begraafplaats, welke eerst gevestigd geweest is aan den Oost-Buitensingelter plaatse waar nu de watertoren staat, en later is overgeplaatst op een perceel heidegrond onder de gemeente Ginneken en Bavel. (Zie bijzonderheden daaromtrent bij het onderwerp Voornaamste in den gemeenteraad behan delde zaken"). In zake de aanvrage tot oprichting eener bijzondere begraaf plaats welke aanvrage dezerzijds bedenking had ontmoet drukten wij in ons verslag van 1893 (blz. 188), aan het slot van het toen daaromtrent gerelateerdede hoop uitdat wij in het tegenwoordig verslag de Koninklijke beslissing zouden kunnen mededeelen. Die beslissing is gevolgd en is vervat in het volgend Ko- kinklijk besluit: »In naam van Hare Majesteit Willielminabij de gratie GodsKoningin der Nederlanden Prinses van Oranje-Nassauenz., enz., enz. WijEmma, Koningin-WeduweRegentes van »het Koningrijk; Beschikkende op het beroep, ingesteld door burgemeester »en wethouders van Breda tegen het besluit van Gedeputeerde Staten van Noord-Brabant d.d. 8 Februari 1894, G, No. 56, lste afdeeling, lsle bureau, waarbij, met vernietiging van het besluit van burgemeester en wethouders voornoemd van 21 «Augustus 1893, verlof wordt verleend tot het aanleggen van »eene bijzondere begraafplaats;

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1894 | | pagina 221