Legaat Dr. L. F. W. VAN COOTH.
335
De toestand der ambachtsschool in 1894 wordt blootgelegd
in het hier volgend verslag, ontvangen van de commissie van
beheer dier inrichting.
AMBACHTSSCHOOL TE BREDA.
VERÜ.AK 1891.
Aan den Raad der gemeente Breda.
Art. 7 der verordening van de ambachtsschool te Breda
opgericht ingevolge testamentaire beschikking van wijlen dr.
L. F. W. van Cooth, legt ons de verplichting op, elk jaar
een verslag van den staat en de lotgevallen der inrichting
aan uwe vergadering uit te brengen.
Daaraan voldoende, hebben wij de eer U het verslag over
het dienstjaar 1894, het negende sedert het oprichten dei-
school aan te bieden.
In de commissie kwam geene verandering. Volgens rooster
was met 31 December 1.1. de heer VV. G. Koomans aan de
beurt van aftreding en werd, op onze aanbeveling, bij uw
besluit van den 15den December 1894, als zoodanig herbenoemd.
De commissie bestaat alzoo uit de heeren
En. GUL JÉ voorzitter.
W. C. KOOMANS,
A. VRIENDS, I
J. LIJ DSM AN,
J. A. J. W. VAN HAL, leden.
P. J. VAN AALST, l
W. J. SLECHTRIEM
G. LAMERS, secretaris.
De commissie vergaderde geregeld éénmaal per maand en
wel gedurende de zomermaanden den eersten Donderdag en
in de wintermaanden den eersten Woensdag van elke maand.
22