62 nfemTeewon?ngsPr°kea over 6e woning vau deu opzichter der beplantingen v i\? hh0t gelegen in bet Valkenberg, welke woning als onbewoonbaar v aiKenuei voor genoem- beschouwd werd. den opzichter. In verband hiermede werd door den voorzitter in bovensre- noemde zitting medegedeeld, dat den opzichter der beplantingen, met wederzijdscb goedvindendoor burgemeester en wethouders tijdelijk als woning was aangewezen de localiteit in den watertorenen dat de woning van dien opzichter iii het Valkenberg tijdelijk zou worden betrokken door een van de arbeiders der gemeente. De overweging van den toestand der meergenoemde woning in het Valkenberg, deed burgemeester en wethouders besluiten voor te stellen eene nieuwe woning voor den opzichter der beplantingen in het Valkenberg te bouwenen zij droegen daartoe in de begrooting voor den dienst van 1895 voor eene som van 4500,welke werd goedgekeurd. 14 April 1894. to^hetTeggen bovengenoemde zitting werd lezing gegeven van een adres gemeentegrondvan 6en heer F. P. J. Klep, ijzergieter en koopman, daarbij 'breng™ van"^6 kennen gevende, dat hij voornemens was zijne fabrieken electriciteit. en magazijnen electrisch te verlichten, alsook verschillende werktuigen in zijne fabriek door electriciteit in beweging te brengen; met verzoek adressant vergunning te willen verleenen tot het leggen vau twee kabelsdienende tot het overbrengen van electriciteiten wel van één kabel door de Etnastraat en één door den Westbinnen- en Buitensingel met Singelgracht. Besloten werd dit adres om praeadvies te stellen in handen van burgemeester en wethouders. Bedoeld praeadvies werd U aangeboden in de zitting van 21 April 1894 en strekte om afwijzend op het verzoekschrift te beschikken, in de vergadering van 12 Mei 1894 werd de zaak beëindigd. Eene slechts korte gedachten wisseling had daarover plaats. De heer Van Aken meende, dat bij inwilli-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1894 | | pagina 75