-130
«de grondbelasting, dienst 1895, voor de perceelen sectie
»B, n"s. 1037, 1038,4039 en 4040 (een openbaar park) A, n°.
«4247 (ijkkantoor)A, 1196 (korrimiezen-wachtkamer)B, n°.
«1645 (maréchausséekazerne)B, n°. 4036 (watertoren)A, nos.
«3020, 3021, 3505, 3998 en 3999 (gebouwen bestemd voor
»de gasfabriek)A, n"s. 4069, 3315 a 3325 (gebouwen be-
«hoorende tot de stichting »Van Cooth")
«Gelet op de ingewonnen berichten
«Mede gelet op de bepaling van art. 25 a en b der wet
«van 26 Mei 1870 Staatsblad n°. 82);
«Overwegende
«dat de perceelen sectie B, nos. 4037, 4038, 4039 en 4040
«uitmaken een openbaar park, waarvoor krachtens art.25a der
«evenvermelde wet geen belastbare opbrengst in den ka-
«dastralen legger mag worden opgenomen
«dat bij besluit van 8 Februari j.l., G, n°. 102, de
«redenen zijn ontvouwd, waarom de perceelen sectie A,
»nos. 4247, 1196 en B, 1645 recht hebben op vrijstelling
«van grondbelasting, en de perceelen sectie A, nos. 3020,
«3021, 3505, 3998,' 3999, 4069, 3315 tot en met 3325 als
«belastbaar moeten worden beschouwd
«dat het gebouw sectie B, n°. 4036 op dezelfde gronden
«als bij besluit van 9 Mei j.l., G, n°. 102 zijn aangevoerd,
«niet is aan te merken als een eigendom der gemeente
Breda uitsluitend gebezigd voor den publieken dienst
«Hebben besloten
1°. «Ontheffing te verleenen van den aanslag in de grond-
«belasting in hoofdsom en opcenten, voor zooveel betreft
«de eigendommen begrepen onder sectie B, nos. 4037
«4040 en 1645 en sectie A, nos. 4247 en 1196
2°. «Den aanslag voor de perceelen sectie A, n°. 3020,
«3021, 3505, 3998, 3999, 4069, 3315—3325 en B, n°. 4036
«te handhaven".
y>'s Her tog enbosch, 20 Juni 1895."
(1) Dit besluit is in cxtcnso opgenomen in ons vorig verslag, Zie bladzyde 156 en volgg.
