57 drukken der notulen, wanneer ze wat uitgebreid waren, onuit voerbaar was, waartegenover echter de meening verdedigd werd, dat het er enkel op aan kwam, of de secretaris op tijd gereed kon zijn. Voor- en tegenstanders van het voorlezen der notulen ont wikkelden met klem en overtuiging hunne zienswijze, totdat de beide voorstellen aan stemming onderworpen werden. Het voorstel van burgemeester en wethouders werd met 9 tegen 7 stemmen verworpen, terwijl omtrent het ander voorstel de stemmen staalden. 1 e zaak trad inmiddels eene andere phase in (zie notulen van 46 Februari f895, blz. 60), ten gevolge waarvan in de raadszitting van 2 April 1895 een nieuw voor stel van burgemeester en wethouders werd ter tafel gebracht, dat vervat was in het volgend schrijven «Reeds bij ons. schrijven van den ll'icn Februari 4895, hadden »wij de eer, in verband met een daarbij gedaan voorstel, uwe «aandacht erop te vestigen, dat het numeriek personeel ter «gemeente-secretarie geen gelijken tred heeft gehouden met de «groote toename der bevolking in betrekkelijk weinige jaren. «In 1870 telde de bevolking ruim 1400(1 en in 1894 ruim «24000 zielen. Ondanks de werkzaamheden als verdubbeld «mogen beschouwd worden (raadsnotulen klommen van 181 ^geschreven bladzijden tot 5 a 600 blz. druksgemeenteverslag «van 70 geschreven blz. tot een flink boekdeel; begrooting van f 128000 tot een half millioen kiezers voor den gemeenteraad «van 869 tot 16)07 en zoo voorts) bleef het getal ambtenaren «ter secretarie beperkt tot vier, evenals in 1870. «Vóór dien tijd zelfs was er boven dit viertal nóg een ambte snaar, speciaal belast met militie, schutterij en inkwartiering, «eene betrekking, die later opgedragen is aan een der toenmalige «ambtenaren en thans vervuld wordt door den commies, heb- «bende den persoonlijken titel van hoofdcommies, 't Behoeft «geen betoog dat de werkzaamheden, aan den bedoelden tak «van dienst verbonden, mede zeer zijn toegenomen. «Fe overweging van dezen toestand heeft doen zien, dat de

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1895 | | pagina 80