71 1895 in ontwerp aan te bieden eene nieuwe verordening op de heffing van staangeld in de gemeente Breda, met verordening- op de invordering van dat staangeld. Na korte beraadslaging werden voormelde verordeningen in diezelfde zitting vastgesteld, terwijl zij werden goedgekeurd tot 1 Mei 1897 bij koninklijk besluit van 1 Mei 1895, n°. S/inge komen in uwe vergadering van den 8stcn Juni 1895. Wij laten hier de meergenoemde verordeningen volgen. Te rekenen van den dag der afkondiging dezer verordening- zal in de gemeente Rreda onder de benaming van staangeld een recht geheven worden voor het gebruik van gemeentegrond tot het plaatsen van tenten, spellen, kramen en uitstallingen gedurende de kermis en de najaarsmarkt en bij andere buiten gewone gelegenheden. Het staangeld bedraagt Bij het in werking treden dezer verordening is vervallen het besluit tot heffing van staangelden voor tenten, kramen en uit- A. VERORDENING op de heffing van staangeld voor het gebruik van ge meentegrond in de gemeente Rréda. Artikel 1. *-■o o art. 2. o o a. bij de kermis en bij de najaarsmarkt voor elke tent, elk spel of elke kraam, of voor uitstallingen, tafels en soortge lijke inrichtingen, 25 cent per centiare, met een minimum van f 3 voor overdekte en f l voor onoverdekte inrichtingen. o b. bij andere buitengewone gelegenheden 3 cent per centiare en per dag, met een minimum van f 1 voor overdekte en f 0,40 voor onoverdekte inrichtingen. Art. 3.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1895 | | pagina 94