103 De heer Van Hal wees op twee belangen voor Bredanamelijk een beteren waterweg en betere waterverversching van de haven en singelgrachten. Spreker beval aan een kalm adres van adhaesie aan den minister te zenden. Thans volgde eenige tusschenbespreking over den tegenwoordigen toestand der waterverversching en aanverwante belangen, waarna de heer Rombouts erop wees, dat in het adres van Tilbury alleen Til bury sche belangen worden genoemd. Het zou derhalve noodig zijn dezerzijds een zelfstandiy adres in te dienen. De beraadslagingen gaven den voorzitter aan leiding erop te wijzen, dat geen ander plan dan het oorspronkelijke bekend was en als de minister daarvan zou afwijken, alsdan de subsidie verviel. De heer Nelissen bracht in herinnering, hoe de raad zich, na rijp overleg, bij het plan bad neergelegd, omdat het dit vóór had, dat er tusschen belanghebben den overeenstemminy was verkregen. De heer Bloemakts geloofde niet, waar Tilbury hare eigen belangen op den voorgrond stelt, zulks zou behoeven in den weg te staan om het besproken adres te ondersteunen, wanneer bij het tot stand komen van het werk ook de Bredasche belangen betrokken zijn. Na verdere discussie werd bij stemming besloten aan het verzoek van het gemeentebestuur van Tilbury gevolg te geven. 30 Mei 1890. XXV. Het Op de ter zijde genoemde vereeniging waren van rechwan*1^de toepassing gemaakt de bepalingen -der verordening Bredasche van 23 Mei '1891 tot heffing van belasting op tooneel- harddraverjj- vertooningen en andere openbare vermakelijkheden.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1896 | | pagina 121