1 '21 »Ten einde aan de klacht over den slechten toestand »van den wegalthans voor wat betreft het gedeelte »dat met keien bestraat istegemoet te komenis «bereids opnieuw een schrijven gericht aan het ge- meentebest uur van Ginneken en Bavel." Bedoeld schrijven ontlokte het volgend antwoord »dat het gedeelte weg, gelegen onder de gemeente Teteringendoor herstrating reeds eene verbetering «heeit ondergaandoch het zuiver houden van dezen »weg, wellicht de hoofdreden tot klagen, geschiedt «door het gemeentebestuur van Teteringen; «dat overigens de weg in eenen tamelijken goeden «staat van onderhoud verkeert, in aanmerking ge- «nomen de kleine keien waarmede deze weg nog voor «een groot gedeelte is bestraat; en dat in eene dus- «danige bestrating, ter breedte van 3 a 3V2 meter, «met een veelvuldig en zwaar vervoer gedurig putten «en sporen ontstaan, zal wel geen betoog behoeven «en kan o. i. alleen worden voorkomen door het «leggen van nieuwe keien en het daarnaast plaatsen «van kantkeien, waaromtrent aan U weldra een voor- «stel door ons zal worden gedaan." Einde December 1896 was dit voorstel nog niet ingekomen. 11 November 1896. XLV. Ver- Tijdens de behandeling der gemeente-begrooting, Zege6meente-er^ienst 1897, vestigde de heer Teychiné de aandacht eigendom- eropdat jaarlijks f 1500,aan verzekering der brandschade, gemeente-gebouwen en goederen tegen brandschade betaald werd en achtte die som veel te hoog, vooral nu de gemeente over eene waterleiding en eene goed georganiseerde brandweer kon beschikken. De voorzitter gaf hierop te kennen, dat korte-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1896 | | pagina 145