129 9 »Die ingang moet dienen tot het inlaten van bier- vaten. »Bij art. 18 der verordening regelende de bouw- «politie voor deze gemeenteis het verboden aan ot Mn den openbaren weg keldermonden te maken of »te openen. «Een ingesteld onderzoek heeft ons geleerd, dat «het adressant bijna totaal onmogelijk is, elders aan «zijn huis een kelderingang te maken. «Wij achten het intusschen bedenkelijk, ook ter «wille van de gevolgen, dien ingang in het trottoir «toe te staan, terwijl het, volgens de hierbijgevoegde «profielteekening, doenlijk is dien ingang, door middel «van een staand luikin den voorgevel te verkrijgen. «Daartoe moet in de koffiekamer van den adressant «een gedeelte schuin worden afgetimmerd, dat even swei onder eene tafel kan vallen. «Het bovenstaande in aanmerking nemende, hebben «wij de eer U in overweging te geven aan adressant «voornoemd tot wederopzegging vergunning te ver sieenen tot het maken van een kelderingang, door «middel van een staand houten of ijzeren luikin «den gevel aan den openbaren weg van zijn koffiehuis «aan de Catharinastraatwijk D, n°. 96, onder de «volgende voorwaarden a. «dat van den kelderingang niet anders dan tot «het uit- en inlaten van biervaten mag gebruik «gemaakt wordenen daarbij steeds, ter voor- «koming van ongelukken, een man tot het «houden van toezicht moet aanwezig zijn; b. «dat het luik niet buiten het gevelvlak van «het gebouw mag uitsteken en aan de binnen- «zijde gesloten moet worden; c. «dat het luik niet anders dan tijdens het uit- »en inlaten van biervaten geopend mag zijn;

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1896 | | pagina 147