193 gaandeweg een veel verbeterde toestand, bepaaldelijk metopzicbt tot de arbeiderswoningen, al blijft op dit punt nog heel wat te doen over. Trouwens de meergenoemde verordening trad eerst in werking 15 April 1895 en bovendien eischen de omstandig heden vooralsnog gebiedend een geleidelijken gang te volgen. .Sinds voormeld tijdstip echter is reeds veel goeds lot stand gekomen. Verschillende arbeiderswoningen, die geen voldoende ruimte hadden, werden bereids verbouwd, of van drie werden er twee gemaaktveel andere werden aangesloten aan de waterleiding en van privaten voorzien. De gezondheidscommissie stond ons, waar noodig, met hare medewerking en adviezen welwillend ter zijde. Alle openbare pompen, die geen of minder goed water ople verden, zijn opgeruimd. Dank zij de gemeente-waterleiding is het nemen van zulk een belangrijken maatregel mogelijk geweest. De afvoer van faecaliën geschiedt volgens het verbeterd ton nenstelsel en door middel van pneumatische werktuigen. Toe passing blijven vinden de verscherpte voorwaarden van vergun ning tot het houden van varkens. Bij het ontvangen van aanvragen om vergunning tot het oprichten, b. v. van slachterijen, wordt steeds het belang dei- openbare gezondheid in het oog gehouden. In de algemeene politie-verordening zijn voorts alle zulke bepalingen opgenomen, als strekken kunnen ter bevordering- van het sanitair belang der bevolking. In 1896 was het sterftecijfer 417 op eene bevolking van 25169 en in 1895 517 op eene bevolking van 24651. Het dempen van de slooten ter zijde van de Doelstraat, waar van sprake was in ons vorig verslag, heeft een onderwerp van behandeling uitgemaakt bij cle commissie voor de strafveror deningen (Zie raadsnotulen van 27 Juni 1896, blz. 269 en volgg. 13

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1896 | | pagina 211