Rijk, leeraar in het hoogduitsch aan de hoogere burgerschool en aan het gymnasium. De heer Rijk werd benoemd tot leeraar aan de hoogere burgerschool te Leidenzijne geboortestad, en verliet den 8sten Augustus 4896, door den gemeenteraad eervol ontslagen, met 1 November 4896 zijne betrekking te Bredadie hij sedert September 1892 op verdienstelijke wijze vervuld had. In zijne plaats werd 3 October 1896 bij besluit van den gemeenteraad benoemd de heer A. Kolkman,leeraar aan de hoogere burgerschool te Goes, die 30 November 1896 te Breda zijne be trekking aan de hoogere burgerschool heeft kunnen aanvaarden. Overigens bleef het personeel der leeraren onveranderd en bestond in December 1896 uit de heeren: F. W. K. IIedick, directeur, leeraar in natuurkunde en in eosmograpliie dr. J. D. R. Scheffgr, leeraar in scheikunde en natuurlijke historie B. W. Mondt, leeraar in de wiskunde, in de werktuigkunde en in het lijnteekenen; A. J. Klein Swormink, leeraar in de wiskunde; H. A. Rlikens, leeraar in de aardrijkskunde en in de handels wetenschappen .1. de Jong, leeraar in de geschiedenis en in de staatsweten schappen J. M. Acket, leeraar in het Nederlandscb C. Goedeljée, leeraar in het Fransch; M. G. van Neck, leeraar in het Engelsch. A. Kolkman, leeraar in het Hoogduitsch. .1. N. T. Reining, leeraar in het handteekenen. Nog zijn aan de school verbonden S. H. Mulder, als amanuensis, en C. A. Vosals concierge. Door al de leeraren kon de dienst regelmatig worden waar- O genomen; van vervanging wegens ziekte en langdurige vacatures bleef het p,ersoneel verschoond, afgezien van de vervanging, welke in November voor het Hoogduitsch moest plaats hebben.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1896 | | pagina 351