362
houten tafels, 1 dito bulletje met toonbank, 1 dito buffetkastje,
1 dito étaleerkast, '2 dito ledekanten, 3 waschtafels enz.,
Door de schilders werden geschilderd1 boekenkast3 uit
hangborden 7 publicatieborden1 linnenkast'2 ledekanten, 1
buffet, 2 schoorsteenmantels, 2 vuilniskarren, 3 tafels, 3 koffers,
5 loopenkloppers, 1 linnenkast, 5 droogrekken, 12 dienbakken,
15 vuilnisbakken, 6 mangelbakken, 8 vliegenkasten, 1 piëdestal,
17 emmers, enz.
Door de smeden werden vervaardigd2 uithangborden7
deurpaneelen 1 pinakel10 deurgrepen1 gotisch kruis voor
een kerk, 1 paraplustaander, 3 ornamenten voor hijschbalken,
6 ornamenten voor boogla mpen 1 kluisdeur1 graf hek 1
trekslot, 4 antieke beltrekkers, 2 sleutels, 17 emmers1 klem
haak, enz.
Het financieel gedeelte van de ambachtsschool is in de opvol
gende jaarverslagen zoo goed als geheel buiten beschouwing
gebleven, doch gevoelen wij ons gedrongen daarop eene uit
zondering te moeten maken.
Aanleiding daartoe geeft de omstandigheid, dat wij reeds in
het begin van het jaar 1896 voorzagen dat, tengevolge van het
steeds toenemend aantal leerlingen en de daarmede gepaard
gaande uitgaven, de rente uit het legaat van wijlen den stichter
niet meer toereikend zoude zijn om de onvermijdelijke uitgaven
te dekken.
In een uitvoerig schrijven aan heeren burgemeester en wet
houders, d.d. 11 April 1896, n°. 135, hebben wij de geschiedenis
der school en een financieel overzicht daarvan sedert hare op
richting uiteengezet en twee middelen aan de hand gegeven
om daarmede naar onze meening, blijvend in de behoeften te
voorzien.
Het eerste middel was om in hst vervolg enkel jongelieden,
wonende binnen Bredaals leerlingen toe te laten, waartoe
de betrekkelijke verordening aanleiding geeft, en het tweede
om aan heeren provinciale staten eene subsidie uit de provinciale
kas ten behoeve der ambachtsschool aan te vragen.