403
VERSLAG van den toestand der bank van
leening over 1896,
van de lijken der armen, en voorziet doorreizende behoeftigen
van nachtverblijf en voeding of verstrekt hun de noodige reis
penningen.
Het overige gedeelte der armenverzorging wordt door ons
gedragen.
Door ons worden de armen voorzien van geld, brood, kleeding
en dekkingstukken.
Ouden van dagen, ouderlooze kinderen die niet in een
weeshuis kunnen worden opgenomen alsmede door hunne
ouders verlaten kinderen, worden door ons in verschillende ge
stichten of bij particulieren besteed.
De cijfers, in dit verslag vermeld, geven duidelijk aan dat
in het afgeloopen jaar, zoowel door de gemeente als door ons
bestuur, veel is gedaan en dit was noodig tot leniging
van armoede en lijden.
Aan het einde van dit verslag gekomen, een blik werpende
op den steun, dien wij steeds van uwe zijde mochten ondervin
den in de schoone maar moeielijke taak van armenverzorging,
geeft ons aanleiding met het volste vertrouwen de burgerlijke
armenverzorging bij voortduring aan te bevelen in de door ons
zeer op prijs gestelde welwillende belangstelling van uwen raad.
Bredaden 2den Februari 1897.
Het burgerlijk armbestuur:
J. A. J. W. VAN HAL, voorzitter.
A. P. DE GROOT, rentmeester.
Instelling tot voorkoming van armoede.
A. De stads-bank van leening.
De toestand van de bank van leening in 1896 is omschreven
in het volgend van de commissie van beheer ontvangen verslag