4-12 Deze instelling staat onder beheer eener commissie van vier leden, door den gemeenteraad te benoemen en voorgezeten door den heer burgemeester. Deze commissie was op 31 December 1896 samengesteld uit de volgende heeren: Ed. H. A. GULJÉvoorzitter. C. M. W. STEINS-BISSCHOP, H. H. van MIERLOleden. mr. H. R. van MAASDIJK, mr. W. INGENIIOUSZ, lid en secretaris. De beambten zijn A. J. B. STAPdirecteur, J. A. BESIER, secretaris-schatter. J. J. THILLIERpandbewaarder. De gebouwen bevinden zich in goeden staathet onderhoud wordt zuinigdoch oordeelkundig uitgevoerd. Het personeelaan de inrichting verbondenonderging geene verandering; het kweet zich, evenals andere jaren, met ijver van zijne taak. De gevoerde administratie gaf geene aanleiding tot opmer kingen; alle in het reglement voorgeschreven registers werden dagelijks bijgehouden. De verificatie der kashet nazien der boekenalsmede de controle in de magazijnen, heeft steeds geregeld plaats gehad en geen stof tot aanmerkingen gegeven. BREDA, den 3den Februari 1897. De commissie van beheer der bank van leening Ed. GULJÉvoorzitter. W. INGENÏIOUSZ, secretaris.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1896 | | pagina 430