Het bestuur van de 8ste afdeeling der Noord Bra- bantsche maatschappij van landbouw deed ons het VERSLAG geworden, waaraan wij hieronder plaats verleenen. HOOFDSTUK XI. Lamlbonw en veeteelt. Allerminst behooren landbouw en veeteelt tot de bronnen van bestaan in deze gemeente. Eigenlijke landbouw bestaat alhier niet of niet noemenswaard. Meer legt men zich toe op tuinbouw. Aan burgemeester en wethouders der gemeente Breda. EdelAclitbare Heeren Ter voldoening aan uwe missive van 4 dezer heeft bet bestuur van de afdeeling Breda c. a. der JS oord-Brabantsche Maatschappij van landbouw de eer U het volgende mede te deelen Het ledental onzer afdeeling bleef over 1896 vrijwel stationnair. Nog altijd ontbreekt zooals wij ook in vroeger U toegezonden verslagen aanstipten de kern der eigenlijke landbouwers. De meesten zijn lid van de op de omliggende dorpen bestaande verbruiksvereenigingen, omdat zij van dat lidmaatschap onmid dellijk voordeel trekken, voornamelijk bij aankoop van voeder artikelen en meststoffen. Het lidmaatschap der Maatschappij van landbouw wordt door hen als weelde beschouwd en zij schijnen niet in te zien dat ook hier in vereeniging kracht gelegen is. De leden-vergaderin gen worden over bet algemeen zeer slecht bezocht en de voornaamste reden daarv:;n is te zoeken in de omstandigheid, dat het meerendeel der leden enkel lid is om de goede zaak te steunen en overigens in den landbouw en wat

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1896 | | pagina 443