128 De gemeente-begrooting, dienst 1897, werd vastgesteld in ontvangst en uitgaaf op een bedrag van 535 Oil,IIs en goed gekeurd bij besluit van de gedeputeerde staten van Noord- Brabant van den 10. December 1896, G, n°. 24, 2de afdeeling, 3e bureau. De opcenten op de personeele belasting werden ten behoeve van den dienst van 1897 behouden op het cijfer van 1896 en vroeger, dat is 55 1). Bij besluit van de gedeputeerde staten van Noord-Brabant van den 20. Mei 1897, G, n°. 149, 1ste afdeeling, 1stebureau, werd op onze aanvrage ontheffing verleend van de betaling van grondbelasting, dienst 1897, voor het gebouw sectie B, n°. 1645 der gemeente Breda, bestemd voor kazerne der ma- réchaussée. II. De volgende aflossingen hebben in 1897 plaats gehad: 1°. Van eene schuldbekentenis groot f 1000, 3 van de geconventeerde oude schuld a 99V2 2°. Zijn uitgeloot twintig aandeelen, elk groot 1000, van de leening groot 100 000, 31/2%, be taaibaai' op 1 Ja nuari 1898, volgens het plan dier leening. 3°. Is uitgeloot één aandeel, groot ƒ1000, van de leening groot 500 000, 31/i volgens het plan dier leening. De schuldaflossing der leening 1897 (Rijkspostspaarbank) vangt eerst aan in 1898. Schuldaflossing. i) Deze opcenten, voorgedragen voor den dienst van 1898 op 65, zijn geheel ingetrokken bij raadsbesluit van den 23. October 1897. (Zie hoofdstuk III, Letter E, punt XXXIII.)

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1897 | | pagina 158