249
Aan P. F. van Keep leggen looden pompbuis.
Aan A. Snijders het maken van kelderlicht, Beijerd,
sectie B, 4257.
Aan C. Gr. Cosijn leggen looden zuigbuis Nijverheidssingel.
Aan firma Smits van Waesberghe dieper leggen riool aan
Teteringschen steenweg, thans Ceresstraat.
Aan wed. J. A. Mop het dempen van eene sloot aan de
Loopschans.
Aan Jhr. F. Backer het bouwen van een kaaimuur langs
de Mark.
Aan Thomas Bank het leggen van een bootje in de haven,
tot wederopzegging.
Aan directie suikerfabriek het aanleggen eener spoorbaan
naar en het plaatsen van een landhoofd aan de Mark.
Schuttingen.
In verband met het bepaalde bij art. 20 der verordening,
regelende de bouwpolitie, werd in onze vergadering van den
20. April 1897 besloten te bepalen, dat de schuttingen, welke
eigenaars, vruchtgebruikers of beheerders van perceelen, waar
gebouwd of gesloopt wordt, verplicht zijn te plaatsen, voor zoo
ver die perceelen aan den openbaren weg grenzen, eene hoogte
moeten hebben van minstens 2,50 M. met een overstek, aan
de zijde van den openbaren weg, breed 0,75 M., aangebracht
onder een hoek van 45 graden, en dat de plaats dier schuttin
gen voor elk bijzonder geval, namens burgemeester en wet
houders, door den gemeente-architect, of die hem vervangt,
zal worden aangewezen.
Van dit besluit geschiedde openbare kennisgeving.
Verbod om de bolerhal te bezigen ah bewaarplaats van
den opstal van kraampjes en van andere voor
werpen en verdere genomen maatregelen.
Bij ons besluit van den 29. Juli 1897 werd een einde gemaakt
aan het veelvuldig gebruik dat gemaakt werd van de boterbal