B. Schutterij.
VERSLAG van den toestand der schutterij over
het jaar 1897.
278
Op de inlijvingstaten werden gebracht:
Op 5 Maart 1897 1 loteling (zeemilitie).
Op 15 41 lotelingen.
Twee daarvan zijn niet opgekomen als reeds vertrokken naar
Oost-Indië en door anderen moeten vervangen worden. Van
de reeds ingelijfden werden, bij verschillende besluiten door
gedeputeerde staten, zeven lotelingen afgekeurd en anderen
ter vervanging opgeroepen, waarvan zijn ingedeeld
bij het 3de regt. inf.2
Gde 41
lste huz1
4de vest.-art3
de koloniale troepen2
Totaal 49
Vóór de inlijving hadden reeds 4 lotelingen vrijwillig dienst
genomen, als
1 bij het 3de regt. inf.
1 lste huz.
2 de koloniale troepen.
De toestand der schutterij alhier wordt omschreven in het
verslag, ontvangen van den majoor-commandant dier schutterij.
De werkelijke sterkte bedraagt:
actieve schutters 204
reserve 204
Totaal 468.