407 vroedvrouwen mejuffrouw F. Brugs, geboren Den Hartog, en mefuffrouw M. W. Andrea, geboren Van Kooij. In het jaar '1897 werd door mejuffrouw Brugs, geboren Den Hartog, aan 120 behoeftige kraamvrouwen voor rekening der gemeente verloskundige hulp verleendmejuffrouw Andrea, geboren Van Kooij, verleende deze hulp aan 24 behoeftige kraamvrouwen. Deze tak van armenzorg eischte alzoo eene uitgaat van 720, Nog altijd juichen wij de tegenwoordige sedert 1 April 1890 ingevoerde regeling van den dienst en de belooning der ge meente-vroedvrouwen toe. Zij werkt uitstekend; en het moet eene gioote geruststelling voor de gemeente zijn de overtuiging te hebben, dat thans voor de voor dezen dienst uitgegeven gelden ook werkelijk de hulp wordt verricht, zooals die gevor derd wordt en behoort te zijn. De hoofdzaak deugdelijke en goede behandeling der behoeftige kraamvrouwen is bereikt. Het zoo daarom te betreuren zijn, wanneer door zaken van ondergeschikt belang eene uitmuntende regeling als deze het veld moest ruimen voor eene andere, die wel is waar voor het oogenblik den schijn zou hebben billijk te zijn, maar die zeker ook het belang der behoeftige kraamvrouwen minstens zou kunnen schaden. Thans gaat de in zwangerschap verkeerende behoeftige vrouw, gewapend met een door ons bestuur afgegeven bewijs, met de meeste gerustheid naar de verloskundige, aan wie zij zich het liefst toevertrouwt. En met de wetenschap, dat het afgegeven bewijs eene waarde vertegenwoordigt minstens zoo groot als door burgervrouwen voor deze hulp wordt betaald, eischt zij ook eene behandeling en verzorging even goed als de meer bevoorrechte vrouw, die zelf de verlossingskosten kan dragen. Uit de bij het begin van het vermelde omtrent den verlos kundigen dienst voorkomende cijfers nemen wij waar, dat mejuffrouw Andrea, geboren van Kooij, 1/6 van het aantal ver lossingen heeft verricht. Dit is, zonder nadenken gezien, weinig maar daar staat tegenover dat hare collega door haren bijna twintigjarigen dienst als vroedvrouw te dezer plaatse natuurlijk

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1897 | | pagina 437