433 xdadigheid zeer ongewenscht was. en dat niet is gebleken, dat »dit nadeel werd opgewogen door daartegen overstaande voor- xdeelen; »dat deze omstandigheden eene stuiting alleszins gewettigd »maakten.« Ongewapend derhalve staan de gemeentebesturen niet meer tegenover den aanwassenden stroom van vreemde collecten, die inderdaad den algemeenen liefdadigheidszin ernstig dreigden te zullen verstoren.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1897 | | pagina 463