434
Landbouw en veeteelt.
Het bestuur van de 3ste afdeeling der Noord-Bra-
bantsche maatschappij van landbouw deed ons het
verslag geworden, waaraan wij hieronder plaats
verleenen.
HOOFDSTUK XI.
Lanbouw en veeteelt bchooren niet tot de bronnen van bestaan
in deze gemeente. Meer legt men zich toe, zooals wij ook reeds
in vroegere verslagen mededeelden, op tuinbouw.
Aan burgemeester en wethouders der gemeerde Breda.
Edel Achtbare heer en
Ter voldoening aan uwe missive van 3 Januari 1898, n°. 2,
hebben wij de eer U het volgende mede te deelen
Het ledental onzer afdeeling bleef over 1897 vrijwel onver
anderd. Wat wij hieromtrent in ons verslag van 1896 opmerk
ten geldt ook nu nog.
Evenals vroeger moeten wij blijven klagen over de weinige
belangstelling, die de leden toonen. Niet alleen de gewone
vergaderingen, doch ook die, waarin zeer belangrijke en onder
houdende voordrachten worden gehouden, worden zeer slecht
bezocht. Alle middelen om daarin verbetering aan te brengen,
alspubliciteit, verleenen van vrijen toegang enz. faalden tot
beden.
Onze afdeeling houdt voortdurend bet oog gericht op de
belangen van den landbouwwintercursus, die gestadig in bloei
toeneemt, dank zij de toenemende belangstelling der leerlingen
in bet onderwijs, den steun die van regeerings- en gemeente
wege wordt ondervonden en niet het minst den ijver van de
onderwijzers.