Met genoegen is ter kennis der kamer gekomen, dat door den heer J. Hoffman aanvrage is gedaan om concessie voor een ga stram van Breda over Terheijden naar Willemstad. Behalve de gewone briefwisseling werd o. a. door de kamer aan burgemeester en wethouders als haar gevoelen te kennen gegeven dat het niet wenschelijk is marktgeld te heffen van de verkoopers van groenten, boter enz. ter algemeene markt. Overeenkomstig dit advies werd door den gemeenteraad een besluit genomen. Tot de tweede kamer der staten-generaal werd het verzoek gericht tijdelijk een invoerrecht van 1,— op 100 kilogram tarwebloem te heffen, en wel zoo lang Frankrijk of een ander land een uitvoerpremie op tarwebloem verleent. Aan den minister van waterstaat, handel en nijverheid en later ook aan de tweede kamer der staten-generaal werd ver zocht het ijkkantoor te dezer stede niet op te hellen, en ofschoon onze pogingen door de kamers van Oosterhout en Bergen-op-Zoom krachtig werden gesteund, hebben deze het gewenschte resul taat niet gehad. Gelijk reeds vermeld werd, heeft onze kamer zich tot den ïaad onzer gemeente gewend om hier ter stede een vrije vee markt op te richten, aan welk verzoek bereidwillig is voldaan. Ook werd aan den minister van waterstaat handel en nijver heid het verzoek gedaan, onze gemeente in het intercommu naal telefoonverkeer op te nemen. De hamei van koophandel en fabrieken te Breda B. C. VAN DONGEN, voorzitter. M. VAN DAM, secretaris.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1897 | | pagina 483