460 Ed. GULJÉ, burgemeester. A. R. VERMEULEN, secretaris. Voorts varen van Breda, op gezette tijden, vaartuigen op verschillende plaatsen. Omtront het waarnemen dezer diensten zijn bij ons, evenmin als in voorgaande jaren, klachten ingekomen. B. Middelen van vervoer te land. In de bestaande diensten is geen verandering gekomen. In het begin van het jaar 1898 is een wagendienst van Breda op Terheijden gestaakt en weer aangevangen. De stoomtram van Breda in de richting van Oosterhout, de paardentram van het spoorwegstation naar Ginneken, alsook de stoom- en paardentram in de richting van Prinsenhage blijven zeer gezochte gemeenschapsmiddelen en beantwoorden aan billijke eischen. C. Een agent der Nederlandsche bank is alhier niet geves tigd, wel een correspondent. 1). De broodzetting bestaat sinds lang niet meer. De gemiddelde prijzen van het brood waren in 1897 van fijn tarwebrood, 0,75 K.G0.42, grof brood, z g. kropbrood per K.G. - 0,18, roggebrood, 1,5 K.G- 0,42. Aldus vastgesteld door burgemeester en wethouders der gemeente Breda, den 28«tm Maart 1808. a. b.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1897 | | pagina 490