80 „gewezen te worden, dat deze som uitmaakt een overschot, ontspro ten uit overgelegde renten, te boven gaande het bedrag van „f 235000.dat wijlen Dr. van Cooth bij zijn testament bestemd „heeft, om uit de rente daarvan te voorzien in de noodzakelijke uit gaven der ambachtsschool, zooals salaris der onderwijzers als an derszins. „Het eenparig gevoelen nu van uwe commissie is, dat, mits ge beld bedrag van f 235000.op het grootboek ongeschonden ge vestigd blijve, er geen bezwaar bestaat om het meerdere door over gelegde renten verkregen, tot het gevraagde doeleinde te besteden. „Het kan toch de bedoeling van den erflater niet geweest zijn, dat „hij, hoewel vermeerdering van gemeld bedrag voorzien hebbende, „alsmede eene uitbreiding der ambachtsschool verwachtende, het- „geen duidelijk blijkt uit den uitgedrakten wensch om de school „voor velen toegankelijk te doen zijn, toch gewild zou hebben om de „overgelegde gelden niet tot eene uitbreiding te besteden. „Maar uwe commissie is van meening, dat naar de bedoeling van „den erflater niet behoeft te worden gezocht, nu de woorden van het „testament duidelijk zijn. „In de eerste plaats toch heeft de erflater uitdrukkelijk eene be haalde som gelegateerd voor den ophouw der school; kennelijk „heeft hij het oog gehad op do eerste oprichting. En dat hij de ren- „ten van het kapitaal van f 235000.niet heeft willen beperken „tot den opbouw en niet voor eventueele uitbreiding van dien op- „bouw, blijkt duidelijk uit de bepaling tot welk einde de renten van „dat kapitaal moeten worden besteed. „Niet in beperkenden zin heeft hij de beschikking over die renten „omschreven ,maar haar zoo ruim mogelijk gesteld. „Immers hij bepaalt, dat uit de renten van meergenoemd kapitaal „zal worden voorzien in do noodzakelijke uitgaven dier ambachts school, zooals salaris der onderwijzers als anderszins. „De erflater zegt niet als dergelijken, door welke uitdrukking men „beperkt bleef tot uitgaven vallende onder die, welke meer bepaald „het onderwijs zelf zouden betreffen, doch hij spreekt van noodza- kelijke uitgaven, en dit in verband gebracht met het woord anders-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1898 | | pagina 127