95 bouwd, geene mindere hoogte dan acht meter boven de trottoirbanden aldaar mogen hebben dat binnen acht jaren na de onderteekening der koopakte de ove rige gebouwen sectie A Nos. 4928, 4929, 4930, 4931 en 4932 moeten worden gesloopt en gelijktijdig met die slooping op het overige deel van den gekochten grond gebouwen moeten worden gesticht, waar van de naar de openbare straat gekeerde gevels, welke aan de rooi lijn moeten worden gebouwd, geene mindere hoogte dan acht meter boven den trottoirband aldaar mogen hebben dat op den gekochten grond noch in de op dien grond gestichte gebouwen of op de terreinen der te sloopen gebouwen, bergplaatsen van lompen, beenderen of andere voor de gezondheid schadelijke stoffen mogen worden opgericht. Voorts werd, met regeling van de betaling der koopsom en kosten, bepaald, dat zoowel voor elke niet-nakoming der voorwaarden als voor elk verzuim eene boete zal worden verbeurd van f 1.— per dag ten behoeve der gemeente Breda. Met betrekking tot deze zaak deden wij U een nader voorstel in Uwe vergadering van den 30. Juli 1898. Dit voorstel, waaraan zon der beraadslaging Uwe goedkeuring gehecht werd, strekte om, met wijziging van het raadsbesluit van 2 Juli 1898, te bepalen, dat de kooper zal gehouden zijn om binnen het jaar na de onderteekening der koopakte niet drie doch twee van de bestaande gebouwen, en wel de perceelen sectie A, nos. 4925 en 4926, te sloopen en op een deel van den verkochten grond, in vereeniging met die perceelen, gebou wen te stichten, waarvan de naar de openbare straat gekeerde gevels geene mindere hoogte dan acht meter boven de trottoirbanden aldaar mogen hebbenzullende de slooping van de overige gebouwen, zooals aanvankelijk was bepaald, binnen acht jaar na de onderteekening der koopakte moeten plaats hebben, terwijl met het bouwen van nieuwe woningen niet mag worden aangevangen, vóór dat de be staande oude woningen zijn gesloopt.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1898 | | pagina 142