99 „verordening vastgestelde jaarwedde van f 25.per lesuur in de „week." Dit ons voorstel goedgekeurd zijnde, geschiedde door U de benoe ming in Uwe vergadering van den 17. September 1898. 30 Juli 1898. XXXIX. Toepassing Aan W. M., houthandelaar, wonende te Breda, was eene boete eener boete, opgelegd van f 240.wegens te late levering als aannemer van be- zaagd hout. Daarvan verzocht hij geheele of gedeeltelijke kwijtschelding. Ons prae-advies dienaangaande verlangd zijnde, gaven wij U in Uwe zitting van 27 Augustus te kennen, dat van algeheele kwijt schelding geen sprake kon zijn, doch dat, de omstandigheden in aan merking genomen, die de vertraging hadden te weeg gebracht, er ter men waren het bedrag der boeten van f 240.terug te brengen tot f 100. De heer Staal vroeg, of de gemeente door de te late levering ook schade had geleden, waarop de voorzitter in zooverre ontkennend ant woordde, dat directe schade wel niet geleden was, maar de vertra ging nadeelig had gewerkt. Daarna werden verschillende zienswijzen geopperd en verschillende voorstellen gedaan, welke leidden tot eene drievoudige stemming en het aannemen ten slotte van het voorstel van burgemeester en wet houders. Aan de beraadslagingen namen deel de heeren Staal, Lijdsman, Bloemarts, Sassen, Nelissen en de voorzitter. 30 Juli 1898. XL. Een oud Bij den voorzitter was ten behoeve van het gemeente-archief ont- behoev^vaifhet vanSen van den heer Victor Baron d'Overschie de Neerijssche te gemeente ar- Leuven een „octroye voor den lieer Grave van Nassau om te mogen verknopen zekere erf rente van 200 gouden carolus guldens 's jaers om daermede te restaureren de verbrande stadt van Breda". Hiervan werd door den voorzitter in deze zitting mededeeling ge>- daan, onder bijvoeging, dat bedoeld document bereids aan den ge-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1898 | | pagina 146