305 De actieve sterkte bij de wet gevorderd bedraagt 298 man. De sterkte van den len ban bedraagt actief 130 reserve 56 Totaal 186. Oefeningen. Het aantal oefeningen in 1898 gehouden bedraagt 13. De oefeningen in het exerceeren, tirailleeren en de flobert- schietoefeningen hadden geregeld plaats. In het schieten naar de schijf op de Galdersche heide, werd door de drie compagnieën om beurten en wel op 13 April, 4 en 18 Mei en 22 Juni deelgenomen. De uitkomsten waren slechts middelmatig te noemen, 't welk vooral aan te weinig oefening moet worden toegeschreven. De tijd telkens noodig voor heen- en terugmarcheeren naar en van het terrein, is oorzaak dat door elk man slechts 5 of hoogstens 10 patronen kunnen verschoten worden. Konden de oefeningen zoowel in den voormiddag ge schieden als ze nu te laat in den namiddag plaats hebben, betere resultaten zouden voorzeker verkregen worden. Echter is men verplicht niet te veel van den schutter te vorderenvoor de meesten hunner is verlies van tijd ook geldverlies en dit slaat voor den minderen werkman opzijn huishouden terug. Bij eene eventueele herziening der schutterijwet of omwerking van het geheel dezer strijdmacht, zal in de eerste plaats moeten gedacht worden aan eene tegemoetkoming voor verletten tijd, zoowel voor den geweerdragenden man als voor den officier, welke laat ste toch zijn tijd en geld opoffert voor den goeden gang van zaken. De geheele schutterij is voor allen eene bijzaak, geen beroeps zaak of broodwinning, en dit voorop stellende moet een woord

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1898 | | pagina 352