458
De rentestandaard is bij koninklijk besluit van den 24 December
1896, N° 49, voor den tijd van drie jaren, d.i. van den 1. April 1897
tot den 1. April 1900, behouden op twaalf ten honderd van alle
beleende panden.
De gemeente heeft aan de bank een crediet verleend van
f 25000.onder bepaling, dat de eventueele winst aan de gemeente
zal worden uitgekeerd tot een maximum van 4 van het opgenomen
kapitaal. (Zie raadsbesluit van 23 April '87). Op 31 December 1898
was opgenomen f 13500.
De instelling staat onder beheer eener commissie van vier leden,
door den gemeenteraad te benoemen en voorgezeten door den heer
burgemeester.
Deze commissie was op 31 December 1898 samengesteld uit de
volgende lieeren
Ed. H. A. GUL Jé, voorzitter.
C. M. W. STEINS BISSCHOP,
H. H. VAN MIERLO, leden.
mr. H. R. VAN MAASDIJK, j
mr. W. INGENHOUSZ, lid en secretaris, die bij raadsbe
sluit van 30 December 1898 als lid van dit bestuur werd herbenoem 1.
Directeur der bank isA. J. B. Stap.
De verdere beambten zijn
J. A. Besier, secretaris-schatter.
J. J. Tliillier, pandbewaarder.
De gebouwen bevinden zich in goeden staat; het onderhoud wordt
oordeelkundig uitgevoerd.
Het personeel, aan de inrichting verbonden, onderging geene ver
andering; het kweet zich, evenals andere jaren, met ijver van zijne
taak.
De gevoerde administratie gaf geene aanleiding tot opmerkingen
alle in het reglement voorgeschreven registers werden dagelijks bij
gehouden.