78
dit gevoelen echter gingen niet samen de lieeren Nelissen en
Teychine, terwijl de keer Mr. IngenHousz meende, dat wan
neer de raad ziek ging mengen in deze zaak, waaromtrent de
beslissing bekoorde bij burgemeester en wethouders, gelijk al
gemeen werd erkend, dit college in tallooze andere gevallen
zou geroepen worden uitspraak te doen over de kandelingen van
burgemeester en wethouders, welk college alleen uit den boe
zem van den raad ter verantwoording kon geroepen worden en
dan nog slechts a posteriori en niet a priori.
Ten slotte werd met 11 stemmen tegen 1 aangenomen eene
motie van den lieer Witsenborg, waarbij de raad de wensche-
lijkkeid uitsprak, dat de muziekuitvoeringen van de schutterij
in den regel op de Groote Markt zouden gehouden worden.
Vijf leden hadden zich van medestemmen onthouden en één
lid was bij de stemming afwezig.
20 Mei 1899.
xv- Een tal hoveniers in deze gemeente wendde zich tot uwe ver-
Bedenkingen
tegen de gadering, naar aanleiding der door ons vastgestelde voorsclirif-
voorschriften
omtrent het ten met betrekking tot het verzamelen ot bewaren van mest-
bew'are^van stoffen, krachlens art. 70 der algemeene politieverordening
meststoffen. voor (ieze gemeente, met verzoek gemeld artikel m dien zin te
willen wijzigen, dat aan de grieven van adressanten kon worden
te gemoet gekomen.
Het betrekkelijk adres in onze handen gesteld zijnde om
prae-advies, deden wij IJ in uwe vergadering van den 5. Septem
ber 1890 kennen het volgende:
„Bij uw besluit van 20 Mei 1899 stehle uwe vergadering om
prae-advies in onze handen een adres van W. Vermeulen c. s.,
waarin bezwaren worden ontwikkeld legen de door ons naar
aanleiding van art. 70 der algemeene politieverordening gege
ven voorschriften