81 en de daaraan verbonden woningterwijl de vereeniging zicli bereid verklaarde ook de verplegingsdiensten te verrichten van al de zieken, die tot dusver in het stedelijk ziekenhuis ver pleegd werden. Alleen kon voor het onderzoek der publieke vrouwen geen plaats beschikbaar gesteld worden. Het betrekkelijke adres in onze handen gesteld zijnde om prae-advies, wonnen wij allereerst daaromtrent het gevoelen in ^an de commissie van beheer van het stedelijk ziekenhuis en de stads-apotheek, alsmede van het burgerlijk armbestuur. Eerstgenoemde commissie betuigde ingenomenheid met de strekking van het adres, doch wenschte de apotheek en de woning van den apotheker in eigendom en gebruik van de ge meente te doen blijven, terwijl het burgerlijk armbestuur be richtte dat het tot stand komen der zaak dit bestuur zeer we- O wenscht voorkwam. Alvorens verder te gaan, kwam het ons nu noodig voor, dat door den raad allereerst in beginsel zou worden uitgemaakt, of de verkoop al of niet zoude plaats hebben. Daartoe kwam in uwe zitting van den 29. Juli 1899 ter tafel ons uitvoerig schrijven van den 19 Juli 1899, No. 924, waaruit wij het volgende alhier exerpeeren ,,De vraag, op welke wijze de zaak tot stand te brengen is, splitst zich in vele deelen. 1°. „welke zal de koopsom moeten zijn van de drie gebouwen „te weten het stedelijk ziekenhuis, het gebouw voor be smettelijke ziekten en dat der apotheek met woning; 2°. „wat zal geschieden met den inventaris van het zieken- „liuis 3°. „op welke wijze zal aan den directeur en den concierge „van het stedelijk ziekenhuis vergoeding worden gege- „ven voor het verlies hunner betrekkingen 4°. „waar zal de gemeente-apotheek gevestigd worden

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1899 | | pagina 109