91 „vereeniging bereid zou bevonden worden, die nader in over- weging te nemen. „Wij bebben gemeend U hiervan verslag te moeten doen, on- „der overlegging van alle tot deze zaak betrekking hebbende „stukken, want de bepaling, welke veel aannemelijker voor gaarden kunnen gesteld worden, ligt, meenen wij, buiten de „grenzen onzer bevoegdheid." Besloten werd de behandeling dezer zaak aan te houden tot eene volgende vergadering en inmiddels de stukken ter visie te leggen voor de leden in de leeskamer. Zij werd aan de orde gesteld in uwe vergadering van den llden November 1899. Uitvoerige en belangrijke beraadslagingen hadden toen plaats, waaraan deelnamen de heeren Heijlaerts, Lijdsman, Mr. van Dam, Jhr. Reigersman, Sassen, Mr. Bloemarts, Mr. Ingen- Housz, Witsenborg, Rombouts en de voorzitter. Met kracht werd door verschillende sprekers aangedrongen opnieuw de onderhandelingen aan te knoopen, doch door andere leden kon niet worden ingezien, dat dit tot eenig goed gevolg zou kun nen leiden, waar de vereeniging van den aankoop had afge zien, terwijl zelfs het behoud van het stedelijk ziekenhuis voor de gemeente als broodnoodig werd voorgesteld. Te midden der beraadslagingen, welke wij te dezer plaatse enkel substantieel kunnen weergeven, verklaarde de heer Jhr. Reigersman, dat hij gaarne bereid was de vereeniging Alles voor Allente helpen, doch niet ten koste van het gemeente ziekenhuis, waarna spreker voorstelde ten aanzien van de on- derwerpelijke zaak over te gaan tot de orde van den dag, de wijl z. i. de zaak als beëindigd was te beschouwen. Opnieuw kruisten daarop de verschillende meeningen, waar bij de heer Rombouts het denkbeeld opperde, 0111 de stukken te stellen in handen eener speciale raadscommissie, doch wijl in de beraadslagingen van de zijde der leden, die den afgebroken

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1899 | | pagina 119