104 Na repliek van den heer Mr. Bloemarts, die in het licht stel de, dat alles, wat wettelijk geoorloofd is, uit een moreel oog punt niet altijd te billijken is, betoogde de heer Teychiné de bevoegdheid van den raad, de wedde van den titularis ten allen tijde te wijzigen, met welk betoog zich echter de heer Sassen niet kon vereenigen. Ten slotte gaf de heer Jhr. Mr. Reigersman als zijn gevoelen te kennen, dat als de grenzen der gemeente werden uitge breid, de tegenwoordige directeur der gasfabriek en waterlei ding beide betrekkingen niet meer gecombineerd zoude kun nen waarnemen, waarom door spreker werd voorgesteld, den tegenwoordigen toestand te bestendigen, in afwachting, of na de voorgenomen grensverandering eene nadere regeling nood zakelijk zal zijn. l)it voorstel, dat dezelfde strekking had als dat van den heer Slechtriem en waarmede deze zich kon vereenigen, werd alsnu in stemming gebracht en aangenomen met 11 tegen G stem men. 8 Juli 1899. XXV. Verkoop vnn het gymnasium- gebouw. Het ter zijde genoemd gebouw werd in koop verzocht door den heer P. J. Heessels voor de som van twintig duizend gidden. Deswege ons prae-advies verlangd zijnde, deden wij U in uwe vergadering van den 5. September 1899 het volgende kennen „Bij besluit uwer vergadering van den 8. Juli 1899 enz. Na met den verzoeker overeenstemming te hebben verkre gen omtrent de voorwaarden van verkoop van bedoeld gebouw, hebben wij de eer IJ te adviseeren aan P. J. H. in eigendom af te staan het gemeentegebouw, waarin het gymnasium is ge vestigd, onder de volgende hoofdvoorwaarden 1°. de koopsom wordt bepaald op twintig duizend gulden, te betalen bij het onderteekenen der akte

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1899 | | pagina 132