xiv
ter herinnering.
„zijnen huize ontvangen eenige uren nariat hij zich voor ruim
„eene maand uit 's-Gravenhage verwijderde, zoodat li ij eerst in
„den loop van de vorige week kennis kon nemen van den in-
„lioud en daarna aan de in 's-Gravenhage woonachtige commis
sieleden daarvan mededeeling kon doen.
„Yandaar vertraging in de afdoening.
„Van de commissieleden, in 1S6!) voor het huldeblijk Neelig-
„Delprat opgetreden, zijn alsnog in leven de onderteekenaars
„dezer missive, zijnde de heeren
„G. M. Y erspijck, gep. luitenant-generaal, 's-Hage, voorzitter.
„•TM. van der Star, gep. luitenant-generaal te 's-Hage.
„L. .T. M. Glasius, gep. majoor, Breda.
„P. E. Tegelberg, oud-zeeofficier, directeur stoomvaart-Mij.
„Nederland, te Amsterdam,
„en E. E. C. A. Henckens, gep. generaal-majoor, 's-Hage,
secretaris.
„Het is hun eene zeer aangename taak het gemeentebestuur
„van Breda dank te betuigen voor hetgeen door dat bestuur in
„den geest van de vereerders van Seelig en Delprafin zake dier
„aangelegenheid, in 1895 is verricht, liet betreurende dat liet
„geven van de namen Seelig en Delprat aan twee singels van de
„stad aan de aandacht der commissie is ontgaan, daar zij in
„het tegengestelde geval het vroegere ter zake tusschen het ge-
„meentebestuur en de commissie gewisselde in herinnering zou
„hebben gebracht, hetgeen zeker tot spoediger afdoening zou
„hebben geleid.
„IJe ondergeteekenden namen met belangstelling kennis van
„het slot der missive van burgemeester en wethouders der ge-
„meente Breda en zullen zoodra doenlijk aan den heer gouver-
„neur der Koninklijke Militaire Academie verzoeken en Zijn
„HoogEdelGestrenge desveieischt machtigen de medaillons, bij
