c. dat elke woning door een portaal van de buitenlucht moet
worden gescheiden
d. dat in elke woning eene behoorlijke afgesloten trap tot
toegang naar den zolder, moet worden geplaatst.
Behalve dat de heer Mr. Bloemarts meende dat burgemeester
en wethouders hij hun advies zich hadden moeten houden aan
het oorspronkelijk adres, kon spreker zich met de gestelde
minimum-eischen niet vereenigen. Xa diens bezwaren daarte
gen ontwikkeld te hebben, stelde spreker als amendement op
het voorstel van burgemeester en wethouders voor, dat slechts
vergunning verleend zou worden tot het bouwen van 13 wonin
gen en mitsdien de heide op de noordzijde van plan C aangedui
de woningen zouden komen te vervallen.
Be beslissing werd daarop aangehouden.
In uwe vergadering van den 22 April 1899 werd de zaak op
nieuw aan de orde gesteld.
De heer Mr. Bloemarts handhaafde het door hem voorgestel
de amendement, onder verklaring, dat zelfs, wanneer dat amen
dement zou worden aangenomen, hij toch zou stemmen tegen
het voorstel in zijn geheel.
Xa bestrijding van het amendement door den heer Slechtriem
en den voorzitter, werd dit in stemming gebracht en verworpen
met 11 tegen 7 stemmen.
Vervolgens werd het voorstel van burgemeester en wethou
ders aangenomen met .13 tegen 5 stemmen.
18 Februari 1899.
VI. uwe bovengenoemde zitting kwamen ter tafel
vra»en°toHiet a' 0611 af^res van (^en heer E. L. A. Penn, bankier te 's-Gra-
'pxpioHeeren V (>11hage, daarbij voorloopig concessie verzoekende tot het aan-
^m trammen,leggen en exploiteeren van eene electrische tram, van het sta
tion af der maatschappij tot exploitatie van staatsspoorwegen