67 hoeve van het publiek op plaatsen ten genoegen van burge meester en wethouders en wel binnen eene maand nadat ge meld college de vestiging daarvan zal hebben voorgeschre ven. Deze bepaling houdt op te gelden, zoodra door de conces- sionarisse, overeenkomstig de voorwaarden der rijks-concessie, openbare spreekcellen zullen zijn gevestigd. Art. 4. De gemeente laat aan de concessionarisse ter beschikking het centraalbureau boven het wapenmagazijn der dienstdoende schutterij op het Stadserf, op voorwaarden vastgesteld bij raads besluit van den 13. Mei 1893. Art. 5. De kosten der werken, bedoeld in art. 2, zijn ten laste van de concessionarisse. Mede zijn te haren laste de kosten van onderhoud zoowel van de bóvengrondsche als van de onder- grondsche geleidingen en van de daarvoor noodige werken. Art. 6. Door de concessionarisse worden geene werken in, op, aan, onder of boven gemeente-eigendommen, openbare wegen, plei nen, bruggen of wateren gemaakt, dan nadat de daarvan aan burgemeester en wethouders in te zenden plannen zijn goedge keurd. Art. 7. Die goedkeuring sluit niet in machtiging tot het bevestigen van verbindingen of het aanbrengen van andere werken aan eigendommen van particulieren, zijnde de concessionarisse ver plicht zich hieromtrent met de eigenaars te verstaan. 5

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1899 | | pagina 95