TER HERINNERING.
IX
„en welvaart aan de koninklijke militaire academie en het gar
nizoen.
„Daarom is de hulde der Bredasche ingezetenen, al moge zij
„bescheiden zijn, ongeveinsd en welgemeend daarom hebben
„zij gaarne de gelegenheid aangegrepen om op duurzame wijze
„blijk te geven van hunne gehechtheid aan- en hunne sympa
thie voor het leger, welks beteekenis zich afspiegelt in de hel
dendaden der strijders in onze overzeesclie bezittingen.
„Hoogwaardeerend de eer, die mij te beurt valt, bied ik TT
„dan, generaal, uit naam der Bredasche ingezetenen het door
„den heer A an Zijp, leeraar aan de ambachtsschool, ontworpen
„en door de firma Marijnen gegoten zoo welgeslaagd borstbeeld
„aan van den generaal David Hendrik baron Chassé, als hulde
„aan het Nederlandsche leger.
„Moge deze hulde TT welkom zijn en bijdragen om de banden
„van wederzijdsche waardeering te versterken tusschen de mili
tairen en de burgerij van Breda."
„Leve Tiet leger
Nadat het borstbeeld onthuld en door den heer secretaris der
commissie eene oorkonde voorgelezen en overgedragen was,
sprak de generaal De Petit het volgende
„M.H. de burgemeester, H H. leden der commissie uit Breda's
„burgerij, burgerlijke en militaire autoriteiten, officieren van
„leger en schutterij, oud opper-, hoofd- en subalterne officieren
„van Nederland, Nederl.-Ind. leger en van de marine en gij ai-
ten, ingezetenen van Breda, van eiken rang en stand, die hier
„getuigen zijt van deze plechtigheid, tegenover het vaandel van
„het (Te reg. inf., dat ons hier zoo fier zijn brieven van adeldom
„Quatre Bras, Waterloo, Tiendaagsche veldtocht en Citadel van
„Antwerpen vertoont, jegens TT allen kwijt ik mij van de mij
„toevertrouwde eervolle taak - mij als geboren Bredanaar dub-