128 door liaar het volgend besluit, dat in ontwerp was overgelegd, werd vastgesteld „De raad der gemeente Breda „Gelet op de desbetrekkelij ke voordracht van burgemeester „en wethouders „Mede gelet op art. 13 van de verordening, regelende de „bouwpolitie in de gemeente Breda, vastgesteld bij raadsbesluit „van 2 Maart 1895, A Xo. 1 „Overwegende, dat het in het belang, zoowel van de open bare volksgezondheid als van het veilig verkeer op de open bare wegen wenschelijk is, dat eene nieuwe rooilijn worde „vastgesteld voor de zuidzijde van de Cingelstraat „Besluit, op grond van art. 13 der bovengenoemde verorde- „ning, de rooilijn van de zuidzijde der Cingelstraat vast te steb „len als volgt „de bestaande rooilijn van de perceelen sectie B, Xo. 4G, 45 „en 1210, blijft in den tegenwoordigen staat behoudenverder „wordt de rooilijn vastgesteld volgens eene rechte lijn, getrok- „ken van af den noord-oostelijken hoek van het perceel sectie „B Xo. 1210, op den noord-westelijken hoek van het perceel, „sectie B, Xo. 79." 27 October 1900. XLII. I11 uwe vergaderingen van den 27 October, 17 Xovember en ^°mn°ddeT ;"J December 1900 kwamen verzoekschriften in van mej. A. oSude velt M- van Opstal, mej. de wed. H. L. Klem, P. Lips, L. C. Klop pers en M. .T. W. Ammerant, om in koop aan hen af te staan stukjes grond van de gedempte Oude Yest, thans bij lien in huur en gelegen achter hunne respectieve woningen. De verkoop van den bedoelden grond werd, na kennis ge nomen te hebben van ons praeadvies, bij uwe besluiten respec tievelijk van den 27 October, 17 Xovember en 29 December

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1900 | | pagina 145