135
F. Archief en Boekerij.
1. Oud-archief
Van den heer dr. J. F. Corstens, archivaris, ontvingen wij
het volgend verslag over 1900
Aan den raad' der gemeente Breda.
Het is mij hoogst aangenaam weder in de gelegenheid te
zijn gesteld, TJEd. Achtbaren verslag uit te brengen omtrent
het Archief en de boekerij, aan mijne zorgen toevertrouwd.
Herhaaldelijk heb ik kunnen verzekeren, dat het Archief
zich in goeden staat bevindt, en feitelijk kan telken jare dit
getuigenis met meer grond worden afgelegd. Steeds toch werk
ik voort overeenkomstig het plan, dat ik mij in den beginne
vormde, zoodat de waarde van ons Archief steeds stijgt, omdat
zijne bruikbaarheid steeds verhoogd wordt. De inventaris wordt
gaandeweg vermeerderd en verbeterd, tafels en indices worden
voortdurend bijgemaakt en met het vervaardigen van regesten-
lijsten wordt onafgebroken voortgegaan.
Dit jaar heb ik ook nog den tijd mij gegund een arbeid te
verrichten, vervelend en droog, doch van groot nut voor de
toekomst, wij] daardoor naar mijne overtuiging in eene drin
gende behoefte voorzien is. Ons Archief n.l. is in 't bezit van
vijf registers van poorters, waarin de namen vermeld staan van
lien, die sedert den 23en Juli 1534 tot den 23en Sept. 1806
poorter dezer stad geworden zijn. Deze registers moeten telkens
voor genealogische nasporingen geraadpleegd worden, een af
mattend en tijdroovend werk. Ik heb nu de duizenden namen
lexicographisch gerangschikt, zoodat thans in een paar minu
ten het resultaat te verkrijgen is, waarvoor anders soms dagen
vereischt werden.
In de maand Mei van 't vorige jaar verscheen het eerste deel