416 Hij, de vriendelijke man, steeds bereid een ieder te woord te staan, was steeds in onze vergadering eene aangename ver schijning. Wij stelden dan ook zijne adviezen, vooral wanneer deze betrekking hadden op het vak van smeden, op zeer Imo gen prijs en met erkentelijkheid kunnen wij getuigen, dat de laatste zeer belangrijke uitbreiding onzer werkplaatsen, vol gens zijne denkbeelden, heeft plaats gehad. Daarom, en om al het goede, door hem tot stand gebracht, een warm woerd van hulde aan de nagedachtenis van JONKHEER FERDINAND BACKER. Getuigden wij boven van de groote belangstelling door jhr. Backer steeds gesteld in den bloei van ons onderwijs, dan be hoeft het voorzeker geen betoog, dat wij de moeielijkheid ter stond inzagen van in de door zijn overlijden ontstane vacature te moeten voorzien. Deze moeielijkheid maakte dan ook in onze vergaderingen van 9 Mei en 13 Juni een punt van overweging uit en hadden wij ten slotte het genoegen aan heeren burgemeester en wet houders, ter voorziening in de vacature, voor te dragen de hee ren P. Often en P. Yriends, beiden inr. smid, alhier, uit welk tweetal eerstgenoemde in de zitting van den raad der gemeen te o]) 7 Juli 1.1. werd benoemd. Iloperi en vertrouwen wij dat de lieer Ottcn de voetstappen van zijnen koogvereerden voorganger, in zake het ambachts- onderwijs, op waardige wijze moge drukken. Ingevolge de verordening op de ambachtsschool, zoude de heer jhr. Backer uit. 1900 hebben moeten aftreden, doch, aan gezien de heer Otten tot dien datum de plaats van eerstge noemde innam, werd door ons opnieuw dezelfde voordracht bij heeren burgemeester tn wethouders ingezonden, waaruit bij besluit van uwen raad van 15 December 1.1. de heer Otten werd herbenoemd. Wij kunnen ons niet ontveinzen, dat het ons aangenaam zal zijn, den heer Otten vele jaren in ons midden te zien.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1900 | | pagina 433