417
])e commissie bestaat alzoo uit de heeren
E. H. A. Guljé, voorzitter.
P. Otten,
L. H. Nusselein,
J. Lijdsman,
J. A. -T. W. van Hal,
P. J. van Aalst,
W. J. Slecbtriem,
G. Lainers, raad-adviseur.
T. -J. Harte, secretaris.
Geregeld vergaderde zij eens per maand en wel gedurende
de zomermaanden den eersten Donderdag en in de winter
maanden den eersten Woensdag van iedere maand.
Van af de oprichting der school hebben beurtelings twee
leden onzer commissie eene maand om schooltoezicht te hou
den. Zoodoende zijn zij in de gelegenheid den gang der werk
zaamheden en van het onderwijs na te gaan en brengen op onze
vergaderingen verslag van hunne bevinding uit.
Zoo noodig, kunnen zij eene uitmuntende vraagbaak zijn
voor hen, die zich van het streven en wezen van het ambachts-
onderwijs op de hoogte willen stellen.
Dat zij nog vele jaren, nevens hunne dagelijksclie bezig
heden, tijd, lust en kracht mogen vinden, om den bloei onzer
school en het ambachtsonderwijs te bevorderen, is onze innige,
welgemeende wenscli.
Leeraren en onderwijzers.
In het onderwijzend personeel kwam ook dit jaar geene ver
andering. Evenals ten vorige jare, mogen wij getuigen dat wij,
op eene enkele uitzondering na, tevreden, ja, over enkelen zeer
tevreden zijn, en dit vooral over lien, die het gewicht der taak,
die zij bij hunne benoeming op de schouders hebben genomen,
1 or] on