67 „bereids de vereischte concessie is verleend tot le ver ine' van „licht en water aan ingezetenen van Teteringenderhalve op „grond van overwegingen aan politietoezicht geheel vreemd „dat, ook naar het oordeel van den hoofdingenieur van den „provincialen waterstaat, noch de instandhouding van- noch „het vrije en veilige verkeer over den weg wordt geschaad, „indien aan de te verleenen vergunning eenige bepalingen „worden verbonden, welke bij het leggen der buizen zullen „moeten worden in acht genomen „Gehoord het gemeentebestuur van Teteringen en den „hoofdingenieur van den provincialen waterstaat „Gelet op artikel 53 van het reglement op de openbare we- „gen en voetpaden in Xoord-Brabant (provinciaal-blad 1800, „No. 10) „Hebben besloten „met vernietiging in zooverre van de beslissing van burge meester en wethouders van Teteringen van 2 December 1899, „aan het gemeentebestuur van Breda, behoudens een ieders „recht, de ingevolge artikel 49 van het reglement op de open bare wegen in Xoord-Brabant (provïnciaal-blad 1890 Xo. 10) „gevorderde politierechterlij ke vergunning te verleenen voor „het leggen van gas- en waterleidingsbuizen in den weg op „den Zandberg onder Teteringen, onder de volgende voor maarden 1°. „de buizen worden gelegd in het midden van den weg „met den bovenkant op respectievelijk 0.90 meter en 1.20 „meter onder de kruin 2°. „de ontgravingen voor het leggen der buizen moeten „zoodanig geschieden, dat noch het tramweg- noch het „gewoon verkeer over den weg wordt gestremd en Beide „zoo weinig mogelijk worden belemmerd 3°. „wanneer de ontgravingen niet vóór zonsondergang kun- „nen zijn aangevuld en de kunstkaan niet kan zijn her-

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1900 | | pagina 84