68
„steld, moet de sleuf door eene stevige heining worden
„afgezet en van een half uur vóór zonsondergang tot een
„half uur vóór zonsopgang door helder brandende lan
tarens worden verlicht. Bovendien moet gedurende dien
„tijd in de nabijheid een wachter aanwezig zijn, die na-
terende rij- en voertuigen verwittigt, dat de bestrating
„is opgebroken
4°. „wanneer mocht blijken dat neiging bestaat tot uitzak
ten of nastorten van de zijwanden der ontgraven sleuf,
„moeten deze door schoeiingen of schotten worden ge
steund
o°. „na het leggen der buizen moeten de ontgravingen wor-
„den aangevuld en de kunstbaan worden hersteld, zoo
„noodig met bijlevering van te kort komende materialen,
„volgens aanwijzing en ten genoegen van de onderliouds-
„plicktige besturen. Alle verzakkingen, die later mock-
„ten ontstaan, moeten op de eerste aanzegging van die
„besturen worden opgehaald en bijgewerkt. Wordt hier-
„aan niet onmiddellijk voldaan, dan geschiedt dit ten
„koste van de concessionarisse
6°. „de concessionarisse is aansprakelijk voor alle schade en
„nadeelen, die door de uitvoering der werken aan den
„weg en de daarin of daarop aanwezige kunstwerken,
„aan het gewoon- en tramwegverkeer of aan derden
„mochten worden toegebracht
7°. „uit het leggen en hebben der buizen mag hoegenaamd
„geen recht op den onder- of bovenliggenden grond wor-
„den afgeleid
8°. „minstens tweemaal 24 uren voordat met het leggen der
„buizen wordt begonnen, moet van het voornemen daar-
„toe schriftelijk en vrachtvrij worden kennis gegeven aan
„het toezichthebbend bestuur over den weg.
