72 bezit is der hoofdakte, en f 600,bij het bezit of na het ver krijgen der hoofdakte. Dit minimum wordt met f 100,verhoogd, zoodra de be noemde drie jaren in de gemeente Breda of elders aan eene school voor lager onderwijs werkzaam is geweest en alzoo dan gebracht op f 600,of f 700. Te rekenen vanaf het tijdstip, waarop de aanspraak op laatst- gemelde verhooging van liet minimum is verkregen, worden de jaarwedden der onderwijzers en onderwijzeressen telkens voor elke twee jaren diensttijd bij het lager onderwijs in de ge meente Breda verhoogd met f 50, en wel drie maal voor de genen, die niet in het bezit zijn der hoofdakte en zes maal voor degenen, die de hoofdakte bezitten. De verhoogingen, in de vorige zinsnede bedoeld, worden niet toegekend dan bij gebleken geschiktheid, ijver en trouwe plichtsbetrachting, ter beoordeeling van burgemeester en wet houders, en op schriftelijke aanvrage van den belanghebbende, in te dienen tusschen den zestigsten en den dertigsten dag vóór de vervulling van den diensttijd, nadat omtrent die aan vrage het advies van de commissie van toezicht op het lager onderwijs, den arrondissements-schoolopziener en het hoofd dei- school, waaraan de onderwijzer werkzaam is, is ingewonnen. "Wanneer eene verhooging van jaarwedde wegens diensttijd is geweigerd, kan de belanghebbende eerst twaalf maanden daarna het verzoek 0111 verhooging herhalen. Wordt het verzoek ten tweeden male geweigerd, dan kan de aanvrage eerst na 24 maanden worden herhaald en zoo vervol gens telkens weder na 24 maanden. Deze termijnen van 12 en 24 maanden worden daarna bij de berekening van het aantal dienstjaren van den werkelijken diensttijd afgetrokken.

Raadsnotulen en jaarverslagen

Breda - Verslagen van de toestand van de gemeente | 1900 | | pagina 89